Series - Kleurverhouding (2014)
Introductie
Deze serie werken met de titel ‘Kleurverhouding' heb ik voor het eerst
sinds meer dan vijftig jaar weer met de hand uitgevoerd. Elk werk bestaat uit
twee doeken van 60 x 60 cm, beschilderd met acrylverf die soms in wel tien
lagen over elkaar is aangebracht, zodat een egaal kleuroppervlak is ontstaan.
Op het ene doek zijn zes kleuren verdeeld over een raster van 36 vierkanten. De
verdeling is aan strikte regels gebonden om een gelijkmatige spreiding van
kleuren te verkrijgen en om de vorming van figuren, als gevolg van aansluiting
van vierkanten met gelijke kleur, tegen te gaan. Iedere kleur komt even vaak
voor en grenst even vaak aan ieder van de overige vijf kleuren.
Op het andere doek zijn dezelfde zes kleuren verdeeld over een raster van 25
vierkanten, maar dan in ongelijke aantallen en willekeurig geplaatst.
Aansluiting van vierkanten met dezelfde kleur is toegestaan zodat verschillende
figuren kunnen voorkomen, bij voorbeeld gehoekte vormen en langgerekte
rechthoeken. De figuratie benadrukt individuele kleuren maar dat blijkt toch geen
invloed te hebben op de visuele indruk van hun onderlinge verhoudingen: de
kleurindruk van beide schilderijen is gelijk. Kennelijk zijn de verhoudingen
tussen kleuren meer bepalend voor het geheel dan de afzonderlijke kleuren,
ondanks hun verschil in hoeveelheid en hun werking als figuratie.
Kleuren en verhoudingen
De gebruikte zes kleurtonen, geel, geelgroen, blauwgroen, blauw, violet en
rood, zijn met een gelijke onderlinge afstand op een kleurencirkel gekozen.
Het verschil tussen geel en geelgroen is daarbij visueel gelijk aan het
verschil tussen blauw en violet of tussen rood en geel. Een gelijke verdeling
van de kleurencirkel levert het grootst mogelijke verschil in kleurtoon.
Samenhang tussen de kleuren wordt verkregen door zorgvuldige afstemming van hun
drie eigenschappen: de genoemde kleurtoon, het aspect dus dat de naamgeving van
een kleur bepaalt, de helderheid en de verzadiging. Helderheid heeft betrekking
op het licht of donker zijn van kleuren; verzadiging op het sterk of zwak zijn
van kleuren. Zo ontstaat een karakteristiek kleurbeeld dat in onbeperkt veel
variaties is te mengen.
De afstemming van licht/donker en van sterk/zwak is meer bepalend voor het
resultaat dan de keuze van kleurtonen. Om dat te laten zien zijn de kleurtonen
in alle werken van de serie hetzelfde en zijn alleen de helderheid en
verzadiging bij ieder paar schilderijen verschillend.
Voor die verschillen koos ik eenvoudige verhoudingen. Op basis daarvan zijn de
kleuren op het oog gemengd.
De plaatsing van de kleuren
Voor de organisatie van de zes kleuren op de doeken met 36 vierkanten werd een
computerprogramma geschreven door Ir. D.Dekkers. Het aantal van 36 is het
kleinste om zes kleuren individueel een gelijk aantal keren te laten voorkomen,
met tevens een gelijk aantal onderlinge aansluitingen. Mijn specifieke wens was
om de kleuren gelijkmatig te verdelen over de vierkanten, ze even vaak te laten
voorkomen en even vaak te laten grenzen aan de vijf andere kleuren maar niet
aan zichzelf, ook niet elkaar rakend op een hoekpunt. Dat leverde weliswaar nog
steeds talloze mogelijkheden op, maar er ontstonden ook figuraties als gevolg
van herhalingen, symmetrie, rotaties en ‘paardensprongen' die een
visueel gelijkmatige verdeling verstoorden. Het uitfilteren van deze figuraties
resulteerde in slechts één bruikbare mogelijkheid. Deze is
consequent gebruikt bij het eerste doek van ieder tweetal uit de serie.
Het aantal van 25 vierkanten voor het andere doek staat garant voor een grote
variëteit in aansluitingen. In ieder werk bepaalt het toeval welke kleuren
over 1, 2, 3, 5, 6, 8 (= 25) vierkanten verdeeld worden en waar hun plaats in
het raster is. Zodra vierkanten met eenzelfde kleur aan elkaar grenzen ontstaat
een figuur. Er zijn miljarden uitkomsten mogelijk die allemaal voldoen.
Figuratie heeft op kleuren een versierend en benadrukkend effect maar ze heeft
geen wezenlijke invloed op hun verhoudingen die bepalend zijn voor de visuele
indruk van het geheel.
De twee doeken hoeven niet perse als tweeluik naast elkaar te worden gehangen,
ze kunnen ook in verschillende ruimtes worden ondergebracht. Daarmee wordt de
ervaring van het verschil en tegelijkertijd de herkenning van de identieke
kleurverhoudingen alleen maar versterkt.
ps 2014
Werken
Kleurverhouding I
Kleurverhouding II
Kleurverhouding III
Kleurverhouding IV
Kleurverhouding V
Kleurverhouding VI
Kleurverhouding VII
Kleurverhouding VIII
Kleurverhouding IX
Kleurverhouding X
Kleurverhouding XI
Kleurverhouding XII
Kleurverhouding XIII
Kleurverhouding XIV
Kleurverhouding XV
Kleurverhouding XVI
Kleurverhouding XVII
Kleurverhouding XVIII
Kleurverhouding XIX
Kleurverhouding XX
Kleurverhouding XXI
Thuis pagina